Posts tonen met het label Schepping. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Schepping. Alle posts tonen

zaterdag 19 juli 2025

Noemde Adam de vrouw zijn bezit?

 Een preekzin bleef bij me hangen. Adam tegen Eva: “Je bent helemaal mijn bezit.” Klonk het vertrouwd? Ja. Maar klopte het ook?

Ik hoorde een uitleg over Adam en de vrouw uit Genesis 2, en bleef ermee rondlopen. Hieronder deel ik het citaat:

"Wanneer Adam ontwaakt, gaat hij eigenlijk gewoon verder met wat hij eerder deed: namen geven. Maar deze keer is het anders. Hij zegt: ‘Deze is ditmaal been van mijn beenderen, vlees van mijn vlees.’ Als een lofzang op Gods schepping roept hij het uit: ‘Maninne!’ Wij spreken vaak over Adam en Eva, en ook het Nieuwe Testament noemt haar zo. Maar als je goed leest, had zij op de dag van de schepping nog niet de naam Eva — het was Adam en ‘Maninne’. En dan klinkt het: ‘Je bent helemaal van mij. Je bent helemaal mijn bezit.’ Dat klinkt voor onze westerse oren misschien wat vreemd, maar als je dit in Afrika* preekt, begrijpen mensen het makkelijker. Daar wordt nog vaak geleerd dat de vrouw het bezit is van de man. En juist daarin zit iets moois: dat de man er dan ook volledig voor de vrouw is. Het heeft niet de negatieve lading die wij er soms aan geven. Denk ook maar aan Zondag 1 van de Heidelbergse Catechismus: dat wij het eigendom zijn van Jezus Christus. Volledig Zijn bezit. Dat is iets prachtigs. Zo ook hier."

Mooi gezegd, maar theologisch onhoudbaar

De voorganger bedoelde het niet kleinerend. Integendeel, ik vermoed dat hij juist wilde voorkomen dat mensen de vrouw zien als ondergeschikt hulpje. Door te zeggen: "Je bent helemaal van mij," probeerde hij iets moois te laten zien — een diepe, toegewijde eenheid. En hij verbond dat met het beeld uit Zondag 1: dat wij het eigendom zijn van Christus.

Wat is uw enige troost, beide in het leven en sterven?

Antwoord:

Dat ik met lichaam en ziel,
beide in het leven en in het sterven,
niet mijn,
maar mijns getrouwen Zaligmakers Jezus Christus eigen ben;
die met Zijn dierbaar bloed
voor al mijn zonden volkomenlijk betaald heeft,
en mij uit alle heerschappij des duivels verlost heeft,
en alzo bewaart,
dat zonder den wil mijns hemelse Vader
geen haar van mijn hoofd vallen kan;
ja ook, dat mij alle ding tot mijn zaligheid dienen moet.

👇 Maar juist daar gaat het theologisch mis.

Eisegese in plaats van exegese

Dit is wat theologen eisegese noemen: je leest iets in de tekst dat er niet staat. De woorden "je bent van mij, je bent mijn bezit" komen níet uit de mond van Adam. Ze komen uit een latere gedachtegang die met terugwerkende kracht wordt teruggelegd op de schepping. Alsof het scheppingsverhaal al vooruitwijst naar Christus en de gemeente, en daar dan eigendomstaal bij hoort.

Maar de Bijbel zelf doet dat niet. Natuurlijk is het huwelijk in Efeze 5 een beeld van de liefde van Christus voor Zijn gemeente. Maar het is niet eerlijk — en ook niet veilig — om dat beeld met terugwerkende kracht op Genesis 2 te leggen. Want Adam is geen Messias. Hij gaf zijn leven niet. Hij kocht zijn vrouw niet vrij. Hij reinigde haar niet van zonden. En zij is geen gevallen bruid die hij moest redden.

Dat alles komt pas véél later, wanneer Yeshua komt, het Lam van God, en zichzelf overgeeft uit liefde (Efeze 5:25-27).

Wat Adam wél zegt

Adam zegt:

"Deze is ditmaal been van mijn beenderen, vlees van mijn vlees. Deze zal 'isha' genoemd worden, omdat zij uit 'ish' genomen is." (Genesis 2:23)

De Hebreeuwse woordspeling is krachtig en veelzeggend: 'ish' (man) en 'isha' (vrouw) klinken als verwante termen. Zoals 'adam' uit 'adamah' (aarde) genomen is, zo is zij uit hem genomen.

Geen bezit. Wel verwondering.

Ik ben van mijn geliefde – en hij van mij

In het Hooglied klinken wel woorden die lijken op wat de dominee zei. Het is een tekst waar wederkerige liefde in door klinkt. Ik noem een vers dat geliefd is bij het Joodse volk:

"Ani le dodi ve dodi li" – Ik ben van mijn geliefde en mijn geliefde is van mij (Hooglied 6:3)

Dat lijkt misschien op "je bent van mij", maar toch is wezenlijk anders. Want hier spreekt een wederkerige verbondsliefde: ik geef mijzelf aan jou, en jij aan mij. 

Lees over: I am for my Beloved and my Beloved is for me

Eén worden: het hart van Gods verlangen

In het Messiaans-Joodse denken is eenheid geen abstract idee, maar een tastbare realiteit die voortkomt uit Gods verbondsliefde. De Bijbel begint met de eenwording van man en vrouw in de hof, en eindigt met de bruiloft van het Lam (Openbaring 19). Het begint met het 'één vlees' worden, en eindigt in het 'één zijn' met God.

De kracht van echad zit niet in versmelting, maar in verbondenheid. In het samengaan van twee die nog steeds verschillend zijn, maar samen één worden door liefde.

God verlangt ernaar dat wij met Hem verbonden zijn in liefde, zoals Hij Zelf één is: Vader, Zoon en Geest — een eenheid in zelfopofferende liefde. Yeshua bidt daar vóór Zijn lijden om:

"En Ik bid… opdat zij allen één zullen zijn, zoals U, Vader, in Mij, en Ik in U… opdat zij volmaakt één zullen zijn." (Johannes 17:21–23)

Dat gaat over verbondenheid — wederzijdse "inwoning", in liefde, waarheid en trouw. De Shema, het geloofsbelijdenis van Israël, bevestigt die eenheid:

"Hoor, Israël: de HEERE is onze God, de HEERE is Eén!" (Deuteronomium 6:4)

Het woord 'één' — echad — betekent niet enkelvoud, maar samengestelde eenheid. Zoals man en vrouw 'één vlees' worden, zoals Jood en heiden in de Messias 'één nieuwe mens' worden:

"Want Hij is onze vrede, Die beiden één gemaakt heeft… opdat Hij die twee in Zichzelf tot één nieuwe mens zou scheppen." (Efeze 2:14–15)

Die eenheid is niet geforceerd of bezitterig, maar geworteld in liefde. Zoals in het Hooglied klinkt:

"Ani le dodi, ve dodi li" — Ik ben van mijn Geliefde, en mijn Geliefde is van mij. (Hooglied 6:3)

Dat is geen menselijke claim, maar een heilige wederkerigheid. Een echo van Gods verlangen om Zijn volk tot Zich te trekken, opdat Hij in hen zal wonen, en zij in Hem (Leviticus 26:11–12, Johannes 14:23).

Werkelijke eenheid — in het huwelijk, in de gemeente, met God — is geen bezitskwestie, maar een liefdesverbond.

Het huwelijk als wegwijzer naar Gods liefde

Het huwelijk is bedoeld als symbool van Gods zelfopofferende liefde: Vader, Zoon en Geest zijn één, volledig verenigd in liefde. Zo verlangt God ook naar eenheid met ons, en onder ons. Zoals in het Hooglied wordt gezegd:

"Kom, mijn geliefde!" (Hooglied 7:11)

Dat is geen eigendomsroep. Het is een uitnodiging. Een verlangen naar overgave aan elkaar — wederzijds, in liefde. Yeshua zegt:

"Niemand heeft een grotere liefde dan deze, namelijk dat iemand zijn leven geeft voor zijn vrienden." (Johannes 15:13)

Wanneer man en vrouw elkaar zo tegemoetkomen, weerspiegelen ze iets van Gods diepste bedoeling.

Lees deze oudere blog daarover: De kracht van één

Adem van verwondering

Wat Adam zag, was herkenning: isha uit ish. In Eden klonk de eerste liefdesverklaring niet als een bezit, maar als een adem van verwondering.

Echt één worden betekent: ik ben van jou, en jij bent van mij. Als wederzijdse toewijding. 

--- 

*  De opmerking dat dit in Afrika "beter te begrijpen" zou zijn, is te simpel. In sommige culturen wordt de vrouw via een bruidsschat gezien als deel van de familie, soms met bezit-achtige trekjes. Maar er zijn óók plekken waar vrouwen juist sterk staan, zoals marktvrouwen in West-Afrika of de koningin-moeder in Ghana. Sommige kerken, zoals de Ethiopische Mekane Yesus Kerk, benadrukken dat Bijbelse liefde geen bezit is, maar wederzijdse toewijding. In matrilineaire culturen (zoals bij de Chewa of Bemba) gaat de man zelfs bij de familie van zijn vrouw wonen. Dat laat zien hoe verschillend 'rollen' en 'bezit' kunnen worden ingevuld. 

© Aritha – Alle rechten voorbehouden.

maandag 30 juni 2025

Manninne – de naam die verdween

Huh, heette Eva eerst Manninne?

Ik geef het toe: ik ben gek op namen. Niet alleen hoe ze klinken, maar vooral waar ze vandaan komen. De betekenissen, de verbanden. Dus toen ik onlangs het woord manninne tegenkwam in een oude bijbeltekst, was mijn nieuwsgierigheid meteen gewekt.

Manninne? Was dat ooit een gebruikelijk woord voor ‘vrouw’? En waarom zie je het nu nergens meer?

Een duik in de geschiedenis leverde iets bijzonders op.

De eerste vrouw had geen standaardnaam

In Genesis 2:23 — als Adam voor het eerst de vrouw ziet die God uit hem heeft gebouwd — roept hij:

“Deze zal manninne genoemd worden, want uit den man is zij genomen.”
(Statenvertaling 1637)

In het Hebreeuws zegt Adam: zij zal Isha heten, want uit Ish is zij genomen. Er zit dus een prachtig spel van klanken in: Ish – Isha, man – vrouw. Het drukt verwantschap en herkomst uit. Niet hiërarchie, maar nabijheid.

Maar het Nederlands heeft geen vrouwelijk woord dat net zo dicht bij man ligt. We zeggen 'vrouw' — en dat klinkt heel anders dan 'man'. Dus bedachten de Statenvertalers iets nieuws: mannin. Afgeleid van man met het achtervoegsel -in, dat je ook terugziet in woorden als boerin, koningin, godin.

Het werd een uniek woord dat de Hebreeuwse verwantschap recht moest doen. En het klonk nog mooi ook.

Etymologie met een kleine twist

Volgens taalkundigen is mannin een zogeheten leenvertaling van het Hebreeuws isha (אִשָּׁה). In de brontekst werd isha etymologisch verbonden met ish (‘man’), hoewel die oorsprong volgens sommigen niet helemaal correct is. Maar Adam zegt het zélf in het vers — dus of het nou klopt of niet: het is betekenisvol.

De Statenvertalers namen die lijn serieus. Ze wilden het verband hoorbaar houden, en zo ontstond dit bijzondere woord. Niet omdat het al in het Nederlands bestond, maar omdat het iets heiligs uitdrukte. Iets van verwantschap vóór de breuk.


Was mannine normaal in die tijd?

Niet echt. Het woord manninne komt vooral voor in oude Bijbelvertalingen, zoals:

  • De Statenvertaling van 1637

  • De Nederlandse Luthervertaling

  • En in het Duits: Männin (bijvoorbeeld bij Luther)

Het werd dus vooral gebruikt binnen een vertaalcontext — niet in het dagelijks taalgebruik. Je vindt het ook in oude psalmboeken of theologische werken, maar niet in liefdesbrieven uit de 17e eeuw ofzo.

Vandaag is het woord vrijwel verdwenen. Moderne vertalingen kiezen voor het simpelere ‘vrouw’, en het verband met ‘man’ gaat daarmee grotendeels verloren.

Een woord met laagjes

Wat ik zo mooi vind aan manninne, is dat het veel meer is dan een oud woord voor vrouw. Het is een taalkundige brug tussen twee namen. Het is de echo van het begin: jij hoort bij mij. Jij bent als ik. Jij bent van mijn vlees en been.

En ja, je kunt zeggen: het was een beetje vergezocht van die vertalers. Maar ik noem het liever liefdevol zorgvuldig. Want als er ooit een plek was waar woorden klonken met schoonheid, dan was het daar, in de tuin van Eden.

Terug naar de naam

Wat mij blijft raken, is dit: Adam mocht zijn naam houden. De aarde-man, gevormd uit stof, blijft gewoon Adam. Maar de vrouw, eerst nog Isha, kreeg geen vaste plek in onze vertalingen. 

En ik denk dan: hadden we het niet mooier kunnen doen? Gewoon die eerste naam behouden — Isha — of op z’n Nederlands: manninne. En dan uitleggen waar het vandaan komt. Een kleine voetnoot had genoeg geweest. Want soms zegt een naam meer dan duizend verklaringen.

Tot mijn verrassing vind ik bij de HSV de naam nog steeds, afgekort tot Mannin, met een voetnoot. Mooi gedaan.

📜 Wist jij dat de eerste vrouw in de Bijbel ooit manninne werd genoemd in Nederland

© Aritha – Alle rechten voorbehouden.

maandag 23 juni 2025

Nu dan toch!

Hoorns, hoeven, veren, vachten.
Hij gaf de dieren namen, één voor één.
Ze kwamen langs in tweetallen.
Een flank tegen een flank.
Een kop die zich neervlijde.
Beweging, ritme, leven.

Maar niemand die bij hém bleef.
Niemand die hém aankeek.

Toen viel hij in slaap. Diep.

De Ene nam iets van zijn zijde.
En bouwde daaruit een ander.


Hij opende zijn ogen. 
Zag háár

Zot hapa’am — Nu dan toch!
Been uit mijn gebeente, vlees uit mijn vlees.
Zíj zal ‘isha’ genoemd worden,
want uit ‘ish’ is zij genomen.

Deze woorden ademen verwondering en opluchting —
het moment waarop Adam haar herkent
als zijn gelijke, zijn tegenover,
zijn eigen vlees en been:
iemand die hem weerspiegelt en aanvult
in diepe eenheid.

En God zag alles wat Hij gemaakt had,
en zie! — zéér goed.

--

Lees ook: 

maandag 20 februari 2023

Waarom had de mens een helper nodig?

3 vragen over Adam en Eva waar ik een antwoord op zocht (en vond)

Het is niet goed dat de mens alleen is; Ik zal een helper voor hem maken die bij hem past. Genesis 2:18

1. Waarom had de mens een ezer kenegdo* nodig? Hij was toch volmaakt?

Ja, de eerste mens inderdaad volmaakt in alle opzichten maar ik lees dat God zag dat het niet goed was voor de mens om alleen te zijn. 


2. Wat betekent het woord alleen in Genesis 2
Het Hebreeuwse woord "bad" betekent letterlijk "alleen, zonder metgezel." Het feit dat God besloot om een helper te creëren die precies bij hem paste, toont hoe noodzakelijk Hij vond dat de mens een metgezel had om mee samen te zijn en te communiceren.

3. Dus de alleenheid maakte dat God Eva creëerde?
De Bijbel zegt nergens dat Adam niet in staat was om zijn verantwoordelijkheden aan te kunnen. Wat de Bijbel wel benadrukt is dat het niet goed was dat de mens alleen was. In Zijn goedheid gaf God Adam zijn Ezer Kenegdo. Uniek gemaakt: een perfecte match.

* helper die overeenkomt (met hem).

---

De Jerusalem Targum (geschreven in het Aramees) ziet het zo dat ezer kenegdo in Genesis 2 voornamelijk over gezelschap gaat. Het interpreteert de uitdrukking als "een jukgenoot, die met hem uitgaat" (בַּר זוֹג כַּד נָפִיק בֵּיהּ).

woensdag 15 februari 2023

6 verschillende vertalingen over vrouw als helper (en een paar weetjes)

Het Hebreeuwse woord hulp, "ezer" is een belangrijk woord in de Bijbel en wordt in verschillende verbanden gebruikt. Omdat het woord "hulp" of "helper ook voorkomt in verband van de schepping van de vrouw, verzamelde wat informatie over dit woord. 

6 verschillende vertalingen over de vrouw als helper in Genesis 2:18
  1. Ook zei de HEERE God: Het is niet goed dat de mens alleen is; Ik zal een hulp voor hem maken als iemand tegenover hem. HSV
  2. Dan zegt de Ene, God: niet goed is het dat de –rode– mens hier alléén is: ik maak voor hem een hulp als zijn tegenover! Naardese Bijbel
  3. Toen zijn Jahweh Elohim: het niet niet goed dat de mens gescheiden/alleen /eenzaam is. Ik zal een geschikte* helper voor hem maken. Hebreeuwse Bijbel
  4. En de HERE God zei: Het is niet goed dat de mens alleen is; Ik zal een hulp voor hem maken. King James
  5. En Hasjem Elohim zei: Het is niet goed dat de Adam alleen zou zijn; Ik zal een ezer (een helper) voor hem maken die bij hem past. Joodse Orthodoxe Bijbel
  6. En de Here God zei: Het is niet goed voor de mens om alleen te zijn: laten we hem een ​​hulp maken zoals hijzelf. Douay-Rheimsbijbel
  7. En HERE JEHOVAH God zei: “Het is niet goed voor Adam om alleen te zijn. Ik zal een helper voor hem maken zoals hijzelf. Aramese Bijbel
  8. En de HEER God zei: het is niet goed dat de mens alleen moet zijn. Ik zal hem een ​​helper maken om hem gezelschap te houden. Tyndale Bijbel (1526)
😊 Ze zeggen allemaal zo'n beetje hetzelfde maar verwoorden het anders.
😎 De 2 Hebreeuwse teksten zijn de meer oorspronkelijke teksten, maar ik vertaalde ze naar het Nederlands dus noem ik ze toch "vertalingen".

4 weetjes over het woord "helper" in de Bijbel 

  1. "Ezer" betekent letterlijk helper" of  "ondersteuner. Het verwijst naar iemand of iets dat iemand anders helpt bij een taak of opdracht.
  2. In het Oude Testament wordt God vaak beschreven als ezer, of als degene die iemand helpt en ondersteunt. De Bijbel laat zien dat God Zijn volk helpt en ondersteunt door hen te beschermen, te verlossen en hen te leiden.
  3. Het woord "ezer" wordt niet alleen gebruikt om te verwijzen naar God als helper, maar ook om te verwijzen naar menselijke helpers en bondgenoten. Bijvoorbeeld, in Samuel 22:20 wordt David beschreven als de helper van de priester Abiatar.
  4. Het woord "ezer" is genderneutraal en wordt zowel gebruikt om mannelijke als vrouwelijke helpers te beschrijven. In Genesis 2:18 wordt het dus gebruikt om de vrouw te beschrijven als de helper van de man.

In de Bijbel staan mooie samentrekkingen van dit woord. Ik vond er zelf 4 maar ik denk dat er nog veel meer zijn. 

Weet jij er ook nog eentje?

 4 samentrekkingen met het woord "helper" er in.

  1. "Ezer Kenegdo": Dit is de uitdrukking die wordt gebruikt in Genesis 2:18 om te verwijzen naar de vrouw als de helper van de man. Het betekent letterlijk "helper tegenover hem" of "helper die overeenkomt met hem".
  2. "M’oznei Yisra’el": Dit betekent "helpers van Israël" en wordt gebruikt om te verwijzen naar de leiders en rechters van het volk Israël in de tijd van de richters.
  3. "Ozer Dawid": Dit betekent "helper van David" en wordt gebruikt om te verwijzen naar degene die David ondersteunt en helpt, zoals zijn legeraanvoerders en bondgenoten.
  4. "Eben Ha'ezer": Deze plaatsnaam verwijst naar een moment in de geschiedenis van Israël waarin het volk werd bedreigd door de Filistijnen. Samuel, die toen leider was van Israël, bad tot God om hulp en God hielp het volk door de Filistijnen te verslaan. De steen werd vervolgens opgericht als een herinnering aan Gods hulp en bescherming.
Mooie Hebreeuwse namen
Al zoekend kom ik erachter dat er nog meer Hebreeuwse namen in de Bijbel staan, waarin het woord "ezer" voorkomt. 

🤰 Ben je zwanger en zou je je kindje een Bijbelse naam willen geven met "ezer" erin, dan is er keuze genoeg.**

 


Mannelijke namen met "ezer" erin
💙 Eleazar - De naam Eleazar betekent "God heeft geholpen", en deze naam weerspiegelt de belangrijke rol die Eleazar (zoon van Aäron speelde in de geschiedenis van Israël als priester, leider en militair commandant, en als een voorbeeld van Gods hulp en bijstand aan Zijn volk.
💙 Azareel - De naam Azareel betekent "God helpt" en het is dus een toepasselijke naam voor personen die in de Bijbel worden beschreven als mensen die door God werden gekozen en geholpen bij het uitvoeren van belangrijke taken. Lees over de 2 bekendste Azare(e)ls in Exodus 31:2-6 en Nehemia 11:13
💙 Abiezer - Abiezer wordt genoemd als een van de leiders van Manasse die bij de onderhandelingen betrokken was. De naam Abiezer betekent "mijn vader is mijn hulp" of "mijn vader is mijn steun", en het is een toepasselijke naam voor een persoon die werd beschouwd als een leider en een steunpilaar van zijn stam.
💙 Azur - betekent "hulp". Deze naam komt voor in Nehemia 10:17 als de naam van een persoon die een verbond sloot met Nehemia om zich te houden aan de wetten van Mozes.
💙 Ezer - "hulp", de naam van een van de zonen van Juda
💙 Azrikam - betekent "mijn hulp is opgestaan". Hij was een van de nakomelingen van Juda, die worden genoemd in 1 Kronieken 9:4.
💙 Azmaveth - betekent "sterke helper". Hij was een van de helden van David, die worden genoemd in 2 Samuël 23:31 en 1 Kronieken 11:33.

Vrouwelijk namen met "ezer" erin
💗 Azuba - betekent "mijn hulp is in God". Deze naam wordt vermeld in 1 Koningen 22:42 als de naam van de moeder van koning Josafat van Juda. Ik vind dat echt een mooie naam. 
💗 Ezer - "Hulp" de dochter van Machir, de zoon van Manasse.

---

* Geschikte helper (neged in het Hebreeuws) betekent 'overeenkomend met' of 'gelijk aan'.
** Ik verzamel namenboekjes en ben dol op namen.

dinsdag 20 december 2022

Kregen Adam en Eva gelijke verantwoordelijkheid?

In Genesis 1:27-28 staat dat God tegen Adam en Eva (die nog niet bij name genoemd zijn in de tekst) beiden de aarde moeten vervullen, onderwerpen en erover moeten heersen. 


 En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar het beeld van God schiep Hij hem; mannelijk en vrouwelijk schiep Hij hen. En God zegende hen en God zei tegen hen: Wees vruchtbaar, word talrijk, vervul de aarde en onderwerp haar, en heers over de vissen van de zee, over de vogels in de lucht en over al de dieren die over de aarde kruipen!

In het Hebreeuws is het woord dat in Genesis 1:27 wordt gebruikt om "mens" aan te duiden, "adam" (אָדָם). Dit woord is in het Hebreeuws grammaticaal enkelvoud, wat betekent dat het verwijst naar één persoon. In Genesis 1:27 wordt echter ook het woord "hen" gebruikt, wat in het Hebreeuws "otam" (אֹתָם) is. Dit woord is een voornaamwoord in de derde persoon meervoud en verwijst naar meer dan één persoon. Het gebruik van dit meervoudige voornaamwoord suggereert dat God zowel man als vrouw schiep om gezamenlijk over de aarde te heersen. 

Bovendien wordt het woord "adam" in Genesis 1:27 vaak vertaald als "mensheid" of "menselijk ras", wat ook suggereert dat het hier om de schepping van de gehele menselijke soort gaat, niet alleen om de schepping van een enkel individu. Hoewel er in sommige Bijbelvertalingen wordt gesproken over "hem" in plaats van "hen" in wordt in de oorspronkelijke Hebreeuwse tekst duidelijk het meervoudige voornaamwoord gebruikt.

Adam en Eva kregen gelijke verantwoordelijkheid om zich te ontwikkelen en te groeien, om productief te zijn en bij te dragen aan de wereld. Het idee van "heersen" in deze context is nauw verbonden met hun menselijke verantwoordelijkheid om de wereld te beheren en te zorgen voor de natuurlijke omgeving waarin zij leefden.

Samenvatting: In de scheppingsverhalen in Genesis 1-3 krijgen Adam en Eva in eerste instantie een gelijke verantwoordelijkheid. In Genesis 1:26-28 staat dat God de mens schiep naar Zijn beeld en gelijkenis, en hen gezamenlijk de opdracht gaf om de aarde te beheren en te heersen over alle levende wezens. Er wordt niet specifiek onderscheid gemaakt tussen de verantwoordelijkheden van Adam en Eva. Ze waren volmaakt voordat ze zondigden. Dat betekent dat ze in een staat van perfectie en harmonie leefden met God en met elkaar, en in staat waren om te functioneren op de manier waarop God het had bedoeld.

vrijdag 18 november 2022

Eva: de ideale partner voor Adam

In Genesis 2:18 lezen we over het enige dat niet als "goed" werd verklaard in de hele schepping van God: "Toen zei de HEERE God: 'Het is niet goed dat de mens alleen is.'" Hetzelfde vers bevat de volgende tekst: Gods oplossing: "Ik zal een hulp voor hem maken als iemand tegenover hem." 


Twee Hebreeuwse termen in dit vers geven belangrijke informatie om de schepping van Eva als de eerste vrouw beter te begrijpen. Het woord dat met "helper" is vertaald, is de Hebreeuwse term 'ezer . Dit woord wordt soms zelfs voor God gebruikt, waarbij wordt opgemerkt dat Hij onze Helper is (Psalm 115:9-11). We zouden God, als Helper, zeker niet zien als onderdanig aan mensen, noch zouden we de rol van "helper" in Genesis 2:18 moeten begrijpen als een positie van onderdanigheid. Het concept van een "ideale partner" lijkt de gedachte het beste over te brengen.

Het tweede belangrijke Hebreeuwse woord in dit vers, vertaald met "passend" is kenegdow. Het betekent letterlijk 'volgens het tegenovergestelde van hem'. Met andere woorden, de focus ligt op een passende match. Eva is niet boven of onder Adam geschapen; ze was complementair. De dieren die Adam een ​​naam had gegeven, hadden elk een geschikte metgezel (Genesis 2:20), en Adam kreeg ook een passende metgezel. Eva was "precies goed" voor hem.

Zowel de man als de vrouw zijn gemaakt naar Gods beeld, volgens Genesis 1:27 : “En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar het beeld van God schiep Hij hem; mannelijk en vrouwelijk schiep Hij hen..”

De apostel Paulus verwijst naar Genesis als hij zegt: "Een man zal zijn vader en moeder verlaten en zijn vrouw aanhangen, en die twee zullen één vlees worden" (Efeziërs 5:31). De gelovige en vrouw mogen in het huwelijk als één leven, verenigd in liefde voor God en voor elkaar, een voorbeeld van de liefde die Christus heeft voor Zijn bruid, de Kerk.